Korte Keten en Brussel – Marktkansen en verwachtingen
Dit onderzoek kadert binnen het project ‘Brussel Lust’ (initiatief van Steunpunt Korte Keten, BioForum en het Innovatiesteunpunt), dat deelname aan korte keteninitiatieven wil stimuleren en faciliteren bij land- en tuinbouwbedrijven in de Groene Gordel rond Brussel. Aan de hand van een literatuurstudie, een analyse van online zoekvolumes en interviews met o.a. Brusselse restaurants en supermarkten onderzochten we de huidige situatie inzake korte keteninitiatieven, de wensen van de Brusselse consument en ondernemer en het marktpotentieel binnen deze sector.
Marktonderzoek: eindrapport
Korte Keten en Brussel. Marktkansen en verwachtingen
Projectbeschrijving
De voorbije jaren tonen een duidelijk stijgende populariteit van producten uit de korte keten, maar ook van het concept als zodanig. De korte keten brengt dan ook een sterk verhaal dat past in de tijdsgeest en inspeelt op veranderende consumentenvoorkeuren.
Zowel bij professionele afnemers als bij particuliere consumenten roepen korte ketenproducten vaak associaties op van betere kwaliteit, smaak en versheid. Mede doordat het om lokale producten gaat en de producenten herkenbaarder zijn, profiteert de korte keten ook van de perceptie dat de het om gezondere en minder behandelde producten gaat.
Daarenboven speelt het lokale karakter in op een toenemend ecologisch bewustzijn bij de consument. Niet alleen worden transporten immers aanzienlijk ingekort, maar er is vaak ook een directer persoonlijk contact tussen consument en producent. Dat betekent dat de korte keten ook aan de landbouwers zelf meer controle kan teruggeven. Zo kan het geheel of gedeeltelijk wegvallen van tussenschakels in het productie- en verkoopproces de landbouwers in staat stellen hun inkomsten en winstmarges op te krikken.
Naast de troeven van de korte keten blijven er echter ook zwaktes aanwezig in het concept, zowel voor consumenten als voor distributeurs, maar ook voor de landbouwers zelf.
De consumenten van voedingsmiddelen zijn de afgelopen tientallen jaren gewoon geraakt aan producten die in grote mate gestandaardiseerd zijn, qua afmetingen, vorm en uiterlijk. Vooral groenten en fruit uit de korte keten vallen al eens buiten dat “normale” patroon, waardoor consumenten ze soms links laten liggen. Nog belangrijker is echter dat de distributie van niet-korte ketenproducten, via bijvoorbeeld supermarkten, dusdanig is uitgebouwd dat consumenten bijzonder gemakkelijk en efficiënt hun dagelijkse aankopen kunnen doen. Alhoewel de korte keten aan een inhaalbeweging bezig is, vergt het voor consumenten nog steeds aanzienlijk meer moeite en opzoekingswerk om producten uit de korte keten bij hen thuis in de keuken te krijgen. Ook voor professionele afnemers en distributeurs vormt het gebrek aan standaardisatie een drempel om met korte ketenproducten te werken.
Aan de andere kant van het productieproces stellen we vast dat de korte keten ook bij de landbouwers meer druk legt. Door de tussenschakels over te slaan en rechtstreeks met de klanten te handelen krijgen de landbouwers meer controle in handen, maar moeten ze ook veel meer taken terug in eigen handen nemen. Daardoor moeten zij bereid zijn een grotere tijdsinvestering te doen en dus toch weer meer kosten zelf te dragen. Uiteindelijk kan het er zelfs toe leiden dat troeven van de korte keten, zoals kwaliteit, transparantie en duurzaamheid onder druk komen te staan.
Het wegwerken van dergelijke drempels is essentieel om de populariteit van de korte keten, ook in het Brusselse Gewest, verder uit te bouwen. Meer samenwerking tussen landbouwers onderling zou een belangrijke stap in de goede richting kunnen betekenen omdat het tegelijkertijd de professionalisering en de efficiëntie van de korte keten vooruit zou helpen. Hoe ver die samenwerking moet gaan, op welke gebieden die kan gebeuren en welke vorm die moet aannemen, hangt af van de keuzes en prioriteiten van de landbouwers zelf. Ook een nauwere samenwerking met de sector van biologische producten kan een mogelijke piste zijn. Biologische producten en die uit de korte keten delen immers veel achterliggende principes en worden gelijkaardig gepercipieerd door de consumenten. Daarenboven is het distributienetwerk van biologische producten een stuk breder uitgebouwd en geniet het een grotere bekendheid. Naar een algemeen kwaliteitslabel voor producten uit de korte keten lijkt er weinig vraag te zijn, ondanks de verhoogde herkenbaarheid die dat zou kunnen opleveren. Een interessante piste zou echter wel kunnen zijn om een regio-aanduiding te overwegen, zoals dat bijvoorbeeld in Frankrijk gebeurt, aangezien een dergelijke aanpak sterk aansluit bij de troeven van de korte keten.
Onze partners
Dit onderzoek werd uitgevoerd op vraag van Brussel Lust waarbij Steunpunt Korte Keten de handen in elkaar slaat met het Innovatiesteunpunt en BioForum, met financiële steun van de Europese Unie, Vlaanderen en de provincie Vlaams-Brabant.
Europees landbouwfonds voor Plattelandsontwikkeling:
Europa investeert in zijn platteland. www.vlaanderen.be/pdpo