REFUFAM: integratieproces van vluchtelingengezinnen versterken

REFUFAM staat voor 'From policy gaps to policy innovations. Strengthening the well-being and integration pathways of refugee families' en onderzoekt hoe het Belgische migratie- en integratiebeleid hervormd kan worden om het integratieproces van vluchtelingengezinnen te versterken.

Looptijd
/
Financiering
BRAIN-be 2.0 (Belgian Research Action through Interdisciplinary Networks) van het Belgian Science Policy Office (BELSPO)

Interdisciplinair onderzoek

REFUFAM bestaat uit drie onderdelen, elk bouwend op een andere discipline: 

  1. een juridisch-politieke pijler onderzoekt de institutionele inrichting van het asiel- en integratiebeleid in België; 
  2. een psychosociale pijler bestudeert het mentale welzijn van vluchtelingen en hun familieleden;
  3. een sociaalruimtelijke pijler documenteert de lokale integratietrajecten van vluchtelingen en hun gezinsleden. 

Vanuit deze interdisciplinaire aanpak wil REFUFAM wetenschappelijk bewijs aanleveren over de impact van overheidsbeleid en innovatieve ondersteuningspraktijken op het welzijn en de integratietrajecten van vluchtelingen en hun gezinsleden. 

Rol van het kenniscentrum

Het Kenniscentrum Gezinswetenschappen is een van de partners en staat in voor het tweede luik van dit onderzoeksproject: Hoe staat het met het psychosociaal welzijn van vluchtelingengezinnen en wat is de impact van beleidsmaatregelen en steunstructuren doorheen het integratietraject op hun welzijn?

Partners

Het consortium van REFUFAM bestaat uit:

  • het CESSMIR (Centre for the Social Study of Migration and Refugees, Dep. Sociaal Werk en Sociale Pedagogiek, Dep. Architectuur en Ruimtelijke Planning, Onderzoeksgroep Migratierecht, Universiteit Gent);
  • het Métrolab (UCLouvain/ULB);
  • het Kenniscentrum Gezinswetenschaoppen van Odisee.

REFUFAM wordt gefinancierd door het onderzoeksprogramma BRAIN-be 2.0 (Belgian Research Action through Interdisciplinary Networks) van het Belgian Science Policy Office (BELSPO).

Werkzaamheden

In 2021-2022 stond vooral een grondige literatuurstudie op het programma. In overleg tussen de verschillende projectpartners ontwikkelden we een gemeenschappelijk, interdisciplinair onderzoekskader. De resultaten werden gedeeld via interne working papers en discussiedocumenten met de projectpartners.

Onderzoekster F. Zehra Colak, die tot 30 september 2022 op het project werkte, interviewde een twintigtal experten en veldwerkers. Onderzoekster Mieke Groeninck werkt verder op het project. Zij zette de experteninterviews verder en nam de gesprekken met de erkende vluchtelingengezinnen op zich.

Tijdens het academiejaar 2022-23 vond de dataverzameling plaats op basis van 24 diepte-interviews met experten (psychologen, vrijwilligers, sociaal werkers). Mieke Groeninck ging ook praten met 26 vluchtelingengezinnen (meestal had ze twee gesprekken per gezin) verspreid over Vlaanderen en Brussel: 7 uit Palestina, 6 uit Afghanistan, 5 uit Syrië, 4 uit Turkije, 1 uit Somalië, 1 uit Marokko, 1 uit Rwanda en 1 uit Eritrea. 16 gezinnen hadden een proces van gezinshereniging achter de rug.  

Samen met het gezin identificeerde ze de lokale actoren die ondersteuning boden aan dit gezin. Vervolgens ging ze ook met deze – in totaal een 30-tal - actoren een gesprek aan.  

In elk van de gemeentes heeft ze ook een beperkte etnografische participatieve observatie uitgevoerd, in die zin dat zij de informele buddy was gedurende 6 maanden à 1 jaar van één gezin per gemeente.  

 

Onderzoeksteam

  • Onderzoekers:  F. Zehra Colak (tot september 2022), Mieke Groeninck
  • Promotor: Dirk Geldof
  • Co-promotor: Pascal Debruyne

Beeld: Oxfam Australië

handen houden familiefoto vast